Bijna vol


Nu een aantal van de VOGIN-IP workshops al is volgeboekt, leek het ons goed even te laten weten voor welke je intussen haast moet maken, omdat ze “bijna vol” zijn.

Op volgorde van het aantal nog beschikbare plaatsen [laatst bijgewerkt 20/2] gaat het om:

  • De workshop “Hoe kom ik nu aan de full-text” door Guus van den Brekel & Robin Ottjes. Je leert daarin over de vele verschillende manieren die er zijn om aan de volledige (digitale) tekst van weten­schappelijke publicaties te komen, ook als ze achter betaalmuren opgesloten zijn. [Nog 1 plaats]
  • De workshop “Grote hoeveelheden tekst analyseren als data” door Max Kemman. Je maakt kennis met tools die het mogelijk maken grote hoeveelheden tekstuele informatie te analyseren en daar gestructureerd gegevens aan te ontlenen. Je kan met eigen materiaal werken of met wat Max voor je klaar zet. [Nog 2 plaatsen]
  • De workshop “Werken met het termennetwerk” door Bob Coret & Shannon van Muijden. Leer hoe je rommelige thesauri kunt opschonen met behulp van het termennetwerk en ze computer-leesbaar kunt maken, geautomatiseerd met OpenRefine en good-old Excel. [Nog 2 plaatsen]
  • De workshop “Bibliometrische visualisaties voor het bijhouden van wetenschappelijke literatuur” door Nees Jan van Eck. Introductie in het gebruik van VOSviewer. Deelnemers worden begeleid in het maken van visualisaties van een onderzoeksveld naar keuze, op basis van een zelfgekozen databron. [Nog 2 plaatsen]
  • De workshop “Bewerken van datasets met OpenRefine” door Erwin Verbruggen. Je leert met deze open source software om datasets op te schonen, te manipuleren, te transformeren en te koppelen aan externe kennisbanken zoals bijvoorbeeld Wikidata. [Nog 4 plaatsen]

Nuttig? Meld je daar dan voor aan.
En kijk anders bij de vier workshops waarvoor nog meer dan vier plaatsen vrij zijn.
Dat zijn de workshops van Ewoud Sanders, van Jeroen Bosman & Bianca Kramer, van Alexander Pleijter (de middagsessie) en van Annique Mossou (de ochtendsessie).
 
aanmelden

De IKEA Knowledge Graph

Dit jaar is er in het lezingenprogramma weer eens wat meer aandacht voor het vindbaar maken van informatie door middel van “kennisorganisatie­systemen”. Dat is de wat sjiekere benaming voor wat we vroeger onderwerpsontsluiting plachten te noemen. Er is zowel een lezing over taxonomieën als eentje over “knowledge graphs”. Over die eerste lezing hadden we het eerder al; hier meer over die tweede.

Katariina Kari personificeert een interessante combinatie van competenties: uitvoerend musicus en ITer, en daarbij specifiek het semantisch web. Ze combineerde dat eerder al in het realiseren van de digitale transformatie voor klassieke muziek. Na verantwoordelijk te zijn geweest voor de “Fashion Knowledge Graph” van de grote internationale online modeketen Zalando, werkt ze nu aan de knowledge graph van IKEA.

Als informatieprofessionals kennen we intussen natuurlijk wel de principes van wat een knowledge graph is. Maar het is goed om eens te horen welke achterliggende architectuur daar in de praktijk voor ontwikkeld kan worden, zeker als dat bij zo’n groot alom bekend bedrijf als IKEA is. Katariina gaat er in haar lezing op in hoe zij daarvoor een drie-lagen-model toepast. Dat is ontleend aan de GIST upper ontology for the enterprise. In een artikel in Medium heeft ze dat vorig jaar al eens beschreven. In de eerste plaats zijn er de “soorten dingen” waar het bij het bedrijf om draait. Dat zal vaak maar een beperkt aantal zijn – bij IKEA beschreven met circa 100 centraal beheerde concepten. Die vormen als het ware de “ontologie” met de definitie van klassen en eigenschappen. Daaronder volgen de individuele “dingen”. Eerst in een laag van de onderwerps­categorieën waartoe die dingen behoren. Denk bijvoorbeeld aan iets als boekenkasten. Bij IKEA ligt hun aantal in de duizenden. En daaronder de individuele dingen/produkten zelf, waarvan het aantal bij IKEA – het zal niet verwonderen – wel in het miljoen loopt. Denk daarbij aan iets als “BILLY boekenkast wit 80x28x202 cm”.

Alleen de concepten voor de eerste twee lagen worden echt door mensen bedacht en bestaan uit gecontroleerd vocabulaire. Voor de grote massa die daaronder volgt, worden de termen automatisch gegenereerd uit de databronnen waarin de gegevens voor die produkten toch al aanwezig zijn. Hoe je dat praktisch kunt organiseren met verantwoordelijkheden, auteurschap en opslag, zal in de lezing ook aan de orde komen.
Deze knowledge graph is (ook) op de klanten van IKEA gericht, om hen een betere digitale “beleving” te kunnen bieden. Voor de interne logistiek van individuele items wordt hij niet gebruikt.

In de rij voor een kaartje?

Gelukkig hoeft u nog niet in de rij te staan om een kaartje voor de VOGIN-IP-lezing te scoren. Sowieso is het natuurlijk een beetje dom van die mensen hierboven om in de kou in een rij te gaan staan als je gewoon digitaal een plekje kunt reserveren.
Voor sommige workshops begint het er intussen wel al om te spannen of u daar nog voor kunt inschrijven, omdat ze bijna vol zitten. Kijk vooraf dus in het programma voor de actuele situatie met betrekking tot de workshops, om te zien welke intussen “uitverkocht” zijn. Maar voor de lezingen-tracks in de grote zaal zijn gelukkig wel altijd nog genoeg plaatsen beschikbaar. En daar tref je ook superinteressante sprekers. Dus zijn er eigenlijk nooit argumenten om je niet aan te melden.

aanmelden


De Bellingcat-methode

Middels bij ons bekend geworden namen als Eliot Higgins en Christiaan Triebert is Bellingcat in het verleden al een aantal keren paraat geweest bij de VOGIN-IP-lezing. Bellingcat is intussen alom bekend om zijn methode van open bronnenonderzoek. En dat beperkt zich lang niet alleen tot het befaamde onderzoek naar het neerschieten van MH17, maar ook naar intussen honderden andere zaken. Van de coup in Turkije tot de Skripal vergiftiging, van bombardementen in Syrië tot executies in Lybië en Kameroen, van de moord op Shireen Abu Akleh tot recent gepleegde oorlogsmisdaden in Oekraïne. Daarom wilden we in onze workshops graag weer eens praktisch aandacht besteden aan de “Bellingcat methode”. Te meer daar Bellingcat intussen in Nederland gevestigd is en hier als stichting staat ingeschreven.

Toepassen van “OSINT” kan natuurlijk allerlei doelen dienen, waarbij heel uiteenlopende technieken en tools worden toegepast. Een aansprekende techniek die bij Bellingcat – maar ook elders – vaak met succes wordt gebruikt, is geolocation. Het bepalen op welke exacte lokatie een foto of video gemaakt is, en liefst ook nog wanneer. We zijn dan ook blij dat een docent van Bellingcat – de Nederlandse Annique Mossou – een workshop komt geven over dit specifieke onderdeel van de “Bellingcat methode”.


Een workshop van 2 uur biedt helaas onvoldoende tijd om deelnemers ook kennis te laten maken met al die andere technieken en te gebruiken hulpmiddelen, analysetools en bronnen uit het Bellingcat-arsenaal. Wie daar een indruk van wil krijgen moet maar eens op de site van Bellingcat kijken. En Annique zal ook zeker verwijzen naar dit soort nuttige bronnen voor wie verder wil gaan dan “alleen maar” geolocatie.


Geolocatie is een techniek die natuurlijk ook bij Factchecking een belangrijke rol kan spelen. Maar om te bepalen of iets “waar” is, wordt vaak nog heel wat meer ingezet. We zijn dan ook blij dat we dit jaar ook weer een workshop “Zo word je factchecker” kunnen aanbieden. Hoewel dat nu al voor het zesde jaar op rij is, blijft daar onverminderd belangstelling voor. Ook dit jaar weer verzorgd door Alexander Pleijter, initiatiefnemer van “Nieuwscheckers.


Voor beide hier genoemde workshops geldt de aanbeveling je tijdig aan te melden.

Joyce over vindbaarheid en taxonomieën

Joyce van Aalten is al heel wat keren met workshops present geweest in het VOGIN-IP programma. Dit jaar is zij “gepromoveerd” tot spreker. En waarover anders dan over vindbaarheid van informatie en de rol van taxonomieën daarin. In de laatste (digitale) aflevering van IP van vorig jaar stond ook al een stuk van haar hand. Dit mede naar aanleiding van het uitkomen van een nieuw boek Taxonomies: Practical Approaches to Developing and Managing Vocabularies for Digital Information, waaraan Joyce een hoofdstuk over taxonomie-software had bijgedragen.
Haar lezing op 16 maart heeft ze een intrigerende titel meegegeven: Vijf vindbaarheidsproblemen waar een taxonomie de schuld van krijgt (maar niks aan kan doen). Alleen al die titel zou een reden moeten zijn haar lezing niet te willen missen. Hopelijk dat ze daarbij ook uit de doeken kan doen wie dan wel wat aan die vijf problemen kan doen (of er de schuld van kan krijgen …….).

Terug- en vooruitblik

Met de opnamen die vorig jaar bij ons congres gemaakt zijn, hebben we bovenstaande korte promotie-video gemaakt, bedoeld om mensen te verleiden zich (weer) aan te melden voor het evenement van dit jaar. Of het nu gaat om vaste bezoekers of om nieuwe belangstellenden die we de sfeer willen laten proeven.
Deze video maakte ook prominent deel uit van de nieuwsbrief die we deze week verspreid hebben. Daarin uiteraard vooral ook een vooruitblik op enkele geselecteerde onderdelen uit het komende programma.
Met aandacht voor beide keynotes, voor nog een paar meer lezingen en vast voor één van de vele workshops. Heb je die nieuwsbrief niet ontvangen, lees en bekijk hem dan [hier] nog even.

En hier nog even de aanbeveling om je tijdig aan te melden, want:

  • bij workshops is maar beperkt ruimte (vol=vol) en sommige worden maar 1x gegeven (alleen ‘s ochtends of alleen ‘s middags),
  • bij aanmelden voor 1 februari geniet je van vroege vogel voordeel.

aanmelden

Wetenschappelijke netwerken visualiseren met VOSviewer


De wetenschap is bij uitstek een terrein van verbanden en relaties. Relaties tussen auteurs, verbanden tussen onderwerpen, links tussen publicaties, connecties tussen instituten en relaties tussen al dit soort entiteiten onderling. Informatie daarover is al heel lang digitaal beschikbaar en, met de toegenomen populariteit van open access, ook in toenemende mate vrij toegankelijk.
Het in kaart brengen van die verbanden is iets wat je niet meer handmatig moet willen doen. Bij CWTS, Centre for Science and Technology Studies, een onderzoeksinstituut van de Universiteit Leiden, is daar een fraai softwarepakket voor ontwikkeld: VOSviewer.
Gezien de achtergrond van CWTS is VOSviewer primair toegesneden op de analyse van bibliometrische netwerken, maar in feite kan die software ook gebruikt worden om andere soorten netwerken te exploreren en visualiseren. En het goede nieuws is ook nog dat je VOSviewer gratis online kunt gebruiken. Geen wonder dat er over de hele wereld gebruik van wordt gemaakt. Publicaties die de makers over het pakket schreven, zijn zelf dus ook al onderdeel van zo’n bibliometrisch netwerk. Dat heeft die publicaties intussen al vele duizenden bibliografische citaties opgeleverd. Hoofdontwikkelaar van het pakket, Nees Jan van Eck heeft daarmee al een formidabele H-index van 50 kunnen opbouwen.

Voor wie praktijkervaring wil opdoen met VOSviewer, geeft Nees Jan op 16 maart bij de VOGIN-IP-lezing een workshop over gebruik en mogelijkheden van het pakket. Sinds de vorige keer, twee jaar geleden, dat hij deze workshop voor ons verzorgde, is nog weer nieuwe functionaliteit toegevoegd. Dat betreft onder meer ondersteuning van meer vrij toegankelijke en open databronnen (zoals OpenAlex) en een nieuwe functie om eenvoudig interactieve visualisaties online te delen. Nog extra redenen om je nu voor deze workshop aan te melden.

Wiki** toepassingen bij VOGIN-IP

Bij de VOGIN-IP-lezing van dit jaar is nogal wat aandacht voor zaken die met Wikipedia, Wikidata en Wikimedia van doen hebben.
Zo is er in de eerste plaats een lezing van Odin Essers over de manier waarop in het onderwijs informatievaardigheden – met Wikipedia als belangrijke bron – gecombineerd kunnen worden met het op Wikipedia publiceren van informatie uit lokale bronnen.
De workshops bieden nog meer keuze. Zo is er een vorig jaar heel goed beoordeelde, maar toen nog niet zo goed bezochte, workshop over gebruik van Wikidata als databron, om feitelijk gegevens aan te ontlenen of om er juist gegevens aan toe te voegen.
Je kunt 16 maart ook leren met SPARQL te werken. Dat is een algemene zoektaal voor linked open data bronnen. Dat hoeft niet direct voor alleen Wikimedia-gerelateerde zaken te zijn, maar Wikidata is wel een heel belangrijke (en zeer omvangrijke) bron om SPARQL zoekacties op los te laten.
In dit verband willen we dan ook nog even de workshop OpenRefine noemen. Dat is een ook weer algemener tool voor het bewerken en opschonen van datasets. En daarvoor geldt eveneens dat het heel nuttig in combinatie met Wikidata kan worden toegepast.

Wacht niet te lang met aanmelden voor deze en andere workshops. Het aantal plaatsen is beperkt en sommige workshops zullen 16 maart sowieso maar 1x gegeven worden.

Op naar 2023

Het VOGIN-IP-team wenst u allen van harte mooie feestdagen en een inspirerend 2023. Met de situatie in de Oekraïne in gedachten, hoort daar meer dan ooit de dringende roep om vrede bij.

Even naar ons eigen kleine wereldje kijkend, hopen we u natuurlijk allemaal op 16 maart bij de OBA te treffen. Daarom is het een goed voornemen om, nog voor het nieuwe jaar begonnen is, te zorgen dat u verzekerd bent van zo’n felbegeerd entreebewijs voor de VOGIN-IP-lezing 2023.     aanmelden

Marjo, Monique, Peter, Will, Michel, Eric